« Toute personne qui, avant l'entrée en vigueur de la présente loi, a perdu la nationalité belge en raison de l'acquisition volontaire d'une nationalité étrangère peut recouvrer la nationalité belge par déclaration faite devant l'officier de l'état civil de la résidence principale du déclarant et, à l'étranger, devant le chef d'une mission diplomatique ou d'un poste consulaire belge selon les modalités fixées par l'article 22, § 4».
« Een ieder die vóór de inwerkingtreding van deze wet de Belgische nationaliteit verloren heeft wegens de vrijwillige verkrijging van een buitenlandse nationaliteit, kan de Belgische nationaliteit herkrijgen door een verklaring afgelegd ten overstaan van de ambtenaar van de burgerlijke stand van de hoofdverblijfplaats van de belanghebbende en, in het buitenland, ten overstaan van het hoofd van de Belgische diplomatieke zending of consulaire post overeenkomstig de regels gesteld in artikel 22, § 4».