Il faut que les dividendes perçus des filiales, sous-filiales, etc. proviennent à concurrence d'au moins 90 % de « bons » dividendes, c'est-à-dire des dividendes répondant aux conditions de taxation, sinon c'est la totalité du dividende encaissé par le holding qui devient non déductible au titre de R.D.T.
Door de dochtervennootschappen, kleindochtervennootschappen enz. uitgekeerde dividenden dienen voor ten minste 90 % afkomstig te zijn van « goede » dividenden (dividenden die beantwoorden aan de taxatievoorwaarden). Is dat niet het geval, dan geldt voor het hele bedrag van de door de holding ontvangen dividend geen aftrekbaarheid op grond van de definitief belaste inkomsten.