« Lorsque des immeubles appartiennent en copropriété à des mineurs, des interdits, des personnes pourvues d'un administrateur provisoire en vertu des articles 488bis, a) à k), du Code civil, ou à des personnes internées par application de la loi sur la défense sociale, et à d'autres personnes, ces dernières, si elles veulent procéder à la vente, doivent s'adresser par requête au juge de paix afin d'y être autorisées.
« Wanneer onroerende goederen in mede-eigendom toebehoren aan minderjarigen, onbekwaamverklaarden, personen aan wie een voorlopig bewindvoerder is toegevoegd krachtens de artikelen 488bis, a) tot k), van het Burgerlijk Wetboek of aan personen die geïnterneerd zijn ingevolge de wet op de bescherming van de maatschappij, en aan andere personen, dan dienen deze laatsten, indien zij willen verkopen, zich bij verzoekschrift te wenden tot de vrederechter om daartoe te worden gemachtigd.