« Art. 32. Au plus tard le 30 juin qui précède la fin de la période de 3 ans visée à l'article 31, § 1, le service transmet à l'administration compétente, selon les modalités qu'elle détermine, les données utiles à la détermination du montant des subventions provisionnelles nécessaires pour la période de 3 ans suivante; il communique si nécessaire les données complémentaires utiles.
« Art. 32. Ten laatste op 30 juni die aan het einde van de in artikel 31, § 1 bedoelde 3 jaren voorafgaat, maakt de dienst, volgens de nadere regels die hij bepaalt, de gegevens die nuttig zijn voor de bepaling van het bedrag van de provisionele toelage die nodig is voor de volgende periode van 3 jaar aan het bevoegde bestuur over; zo nodig deelt hij de nuttige aanvullende gegevens. Het bestuur berekent de provisionele toelage voor de volgende periode van 3 jaar en geeft er kennis van aan de erkende dienst binnen de kortste termijn.