Section 2. - Attestation type 5 Art. 2. L'attestation d'admission en enseignement spécial du type 5 contient les élément
s suivants : 1° les données d'identification de l'élève : prénom, nom, date de naissance et adresse ; 2° les données d'identification des parents : prénom, nom et adresse ; 3° les données d'identification de l'école qui dispense un enseignement ordinaire ou spécial où l'élève est inscrit : nom, adresse et numéro d'établis
sement, y compris l'offre d'études suivie par l'élève ; 4° les données d'identification de l
...[+++]a structure où est proposé un enseignement du type 5 : nom, adresse et numéro de l'établissement, et le prénom et nom du médecin traitant de la structure médicale ou psychiatrique, du préventorium ou du directeur de la structure résidentielle ; 5° la date de signature de l'attestation, la date d'entrée en vigueur de l'attestation et la signature du médecin traitant ou du directeur, visé au point 4° ; 6° la motivation pour laquelle : a) l'accueil médical, psychiatrique ou résidentiel ou l'accompagnement ne permet pas à l'enfant ou au jeune de suivre un enseignement à temps plein dans une école d'enseignement ordinaire ou spécial ; b) l'enfant ou le jeune a besoin d'une offre individuelle ou individualisée à dispenser dans un environnement résidentiel ; Art. 3. L'attestation est soumise au directeur de l'établissement d'enseignement du type 5 pour étayer l'inscription.Afdeling 2. - Attest type 5 Art. 2. Het attest voor toelating tot buitengewoon onderwijs type 5 bevat de volgende elemente
n : 1° de identificatiegegevens van de leerling : voornaam, achternaam, geboortedatum, adres; 2° de identificatiegegevens van de ouders : voornaam, achternaam en adres; 3° de identificatiegegevens van de school voor gewoon of buitengewoon onderwijs waar de leerling ingeschreven is : naam, adres en instellingsnummer, met inbegrip van het studieaanbod dat de leerling er volgt; 4° de identificatiegegevens van de voorziening waar onderwijs van type 5 aangeboden wordt : naam, adres en instellingsnummer, en voor- en ac
...[+++]hternaam van de behandelende geneesheer van de medische of psychiatrische voorziening, van het preventorium of van de directeur van de residentiële setting; 5° de datum van de ondertekening van het attest, de ingangsdatum van het attest en de handtekening van de behandelende geneesheer of directeur, vermeld in punt 4° ; 6° de motivering waarom : a) de medische, psychiatrische of residentiële opvang of begeleiding niet toelaat dat het kind of de jongere voltijds in een school voor gewoon of buitengewoon onderwijs de lessen kan volgen; b) het kind of de jongere behoefte heeft aan een individueel of geïndividualiseerd aanbod dat in een residentiële omgeving verstrekt moet worden. Art. 3. Het attest is bestemd voor de directeur van de onderwijsinstelling van type 5, ter staving van de inschrijving.