4° ne pas bénéficier ou n'avoir pas bénéficié de pensions d'orphelins en vertu des lois sur les pensions de réparation, coordonnées par l'arrêté du Régent du 5 octobre 1948, ou de pensions d'orphelins ou d'allocations allouées sur base de l'article 6, § 4, de la loi du 15 mars 1954 relative aux pensions de dédommagement des victimes civiles de la guerre 1940-1945 tel qu'il était libellé avant sa modification par la loi du 18 mai 1998 ou de l'indemnité ou de la rente prévue par le décret français du 13 juillet 2000 instituant une mesure de réparation pour les orphelins dont les parents ont été victimes de persécutions antisémites.
4° geen wezenpensioenen op grond van de wetten op de herstelpensioenen, gecoördineerd door het besluit van de Regent van 5 oktober 1948 genieten of hebben genoten, noch wezenpensioenen of uitkeringen hebben ontvangen op grond van artikel 6, § 4, van de wet van 15 maart 1954 betreffende de herstelpensioenen voor de burgerlijke slachtoffers van de oorlog 1940-1945, zoals het luidde voordat het werd gewijzigd bij de wet van 18 mei 1998, en evenmin de vergoeding of rente hebben ontvangen als bepaald bij het Franse decreet van 13 juli 2000 tot instelling van een herstelmaatregel voor de wezen wier ouders het slachtoffer waren van jodenvervolgingen.