Il découle de l'annulation partielle de l'article 39 précité que, dans l'attente d'une intervention du législateur, le juge pouvait encore prononcer l'amende prévue par cette disposition s'il estimait que les faits étaient suffisamment graves pour entraîner une telle peine ou qu'il pouvait prononcer une amende moins forte, soit en raison de l'existence de circonstances atténuantes, soit en application du principe de proportionnalité contenu à l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme.
Uit de gedeeltelijke vernietiging van het voormelde artikel 39 vloeit voort dat, in afwachting van een optreden van de wetgever, de rechter de geldboete waarin die bepaling voorziet nog vermocht uit te spreken indien hij meende dat de feiten voldoende ernstig waren om een dergelijke straf met zich mee te brengen, of dat hij een minder zware geldboete vermocht uit te spreken, ofwel wegens het bestaan van verzachtende omstandigheden, ofwel met toepassing van het evenredigheidsbeginsel vervat in artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.