En réponse à une question de Mme Lalieux, vous avez déclaré qu'en vertu de la réglementation belge, le débiteur devait donner explicitement son accord pour le mandat de domiciliation et faire explicitement référence dans le mandat au contrat sous-jacent et aux créances pour lesquelles le créancier pouvait y avoir recours.
In antwoord op vraag van collega Lalieux stelde u dat de Belgische regelgeving bepaalt dat de schuldenaar zijn uitdrukkelijke toestemming moet geven voor het domiciliëringsmandaat en melding moet maken van het onderliggende contract en de schuldvorderingen waarvoor de schuldeiser er een beroep op kan doen.