- Dans l'interprétation selon laquelle l'article 40, alinéa 3, de la loi du 15 juin 1935 concernant l'emploi des langues en matière judiciaire prescrit que l'effet interruptif d'un acte qui est nul en raison d'une méconnaissance de la loi du 15 juin 1935 concernant l'emploi des langues en
matière judiciaire prend fin au momen
t du prononcé de la décision judiciaire y afférente, et non au moment de la notification de cette décision à l'employeur, cette disposition, combinée avec les articles 6 et 11, § 3, de la loi du 19 mars 1991 portant un régime de licenciement particulier p
...[+++]our les délégués du personnel aux conseils d'entreprise et aux comités de sécurité, d'hygiène et d'embellissement des lieux de travail, ainsi que pour les candidats délégués du personnel, viole les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme.- In de interpretatie dat artikel 40, derde lid, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken voorschrijft dat de stuiting van een akte die nietig is vanwege een miskenning van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, een einde neemt op het ogenblik van de uitspraak van de
rechterlijke beslissing dienaangaande, en niet op het ogenblik van de kennisgeving ervan aan de werkgever, schendt die bepaling, in samenhang gelezen met de artikelen 6 en 11, § 3, van de wet van 19 maart 1991 houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités
...[+++]voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.