Traduction de «déclarée prescrite avant » (Français → Néerlandais) :

Selon la partie requérante, cette disposition viole les articles 10 et 11 de la Constitution, au motif qu'elle fait naître une différence de traitement entre, d'une part, les personnes dont l'action en dommages et intérêts a été déclarée prescrite avant l'entrée en vigueur de la loi par une décision passée en force de chose jugée contre laquelle il n'a pas été introduit de recours en cassation et, d'autre part, les personnes dont l'action en dommages et intérêts n'a pas été déclarée prescrite avant l'entrée en vigueur de la loi par une décision passée en force de chose jugée contre laquelle il n'a pas été introduit de recours en cassation.
Volgens de verzoekende partij schendt die bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, omdat zij een verschil in behandeling doet ontstaan tussen, enerzijds, de personen wier vordering tot schadevergoeding vóór de inwerkingtreding van de wet verjaard is verklaard bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing waartegen geen cassatieberoep is ingesteld en, anderzijds, de personen wier vordering tot schadevergoeding vóór de inwerkingtreding van de wet niet verjaard is verklaard bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing waartegen geen cassatieberoep is ingesteld.

Elle n'est toutefois pas applicable lorsque l'action en dommages et intérêts a été déclarée prescrite par une décision passée en force de chose jugée avant son entrée en vigueur et contre laquelle un recours en cassation n'est pas introduit ».
Zij is evenwel niet van toepassing wanneer de vordering tot schadevergoeding vóór de inwerkingtreding van deze wet verjaard is verklaard bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing waartegen geen cassatieberoep is ingediend ».

« Les articles 10 et 11 de la loi du 10 juin 1998 modifiant certaines dispositions en matière de prescription, ne violent-ils pas les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'ils opèrent une distinction parmi les actions qui ont pris naissance avant l'entrée en vigueur de la loi entre les actions qui ont été déclarées prescrites par une décision passée en force de chose jugée avant l'entrée en vigueur de la loi et les autres actions ?
« Schenden de artikelen 10 en 11 van de wet van 10 juni 1998 tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de verjaring niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre zij onder de vorderingen die zijn ontstaan vóór de inwerkingtreding van de wet een onderscheid maken tussen de vorderingen die bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing verjaard zijn verklaard vóór de inwerkingtreding van de wet en de anderen vorderingen ?

La question préjudicielle, telle qu'elle a été reformulée par la Cour, porte sur la compatibilité avec les articles 10 et 11 de la Constitution des articles 10 et 11 de la loi du 10 juin 1998 en ce qu'ils opèrent une distinction, parmi les actions qui ont pris naissance avant l'entrée en vigueur de la loi (27 juillet 1998), entre les actions qui ont été déclarées prescrites par une décision passée en force de chose jugée avant l'entrée en vigueur de la loi et les autres actions.
De prejudiciële vraag zoals ze is geherformuleerd door het Hof heeft betrekking op de bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet van de artikelen 10 en 11 van de wet van 10 juni 1998, in zoverre zij onder de rechtsvorderingen die zijn ontstaan vóór de inwerkingtreding van de wet (27 juli 1998) een onderscheid maken tussen de vorderingen die verjaard zijn verklaard door een in kracht van gewijsde gegane beslissing vóór de inwerkingtreding van de wet en de andere rechtsvorderingen.

Les articles 10 et 11 de la loi du 10 juin 1998 modifiant certaines dispositions en matière de prescription ne violent pas les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'ils opèrent une distinction, parmi les actions qui ont pris naissance avant l'entrée en vigueur de la loi, entre les actions qui ont été déclarées prescrites par une décision passée en force de chose jugée avant l'entrée en vigueur de la loi et les autres actions.
De artikelen 10 en 11 van de wet van 10 juni 1998 tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de verjaring schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, in zoverre zij onder de rechtsvorderingen die zijn ontstaan vóór de inwerkingtreding van de wet, een onderscheid maken tussen de rechtsvorderingen die verjaard zijn verklaard bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing vóór de inwerkingtreding van de wet en de andere rechtsvorderingen.