Pour les pensions en cours à la veille de l'affiliation, le complément visé à l'alinéa 1 est égal à la différence entre, d'une part, le montant de la pension de retraite auquel l'agent peut prétendre en application du décret du 30 septembre 1993 précité et, d'autre part, le montant que la pension de retraite accordée en vertu de ce décret aurait atteint s'il n'avait pas été tenu compte de la période visée à l'article 2, § 4, de ce décret.
Voor de lopende pensioenen aan de vooravond van de toetreding is de in het eerste lid bedoelde aanvulling gelijk aan het verschil tussen, enerzijds, het bedrag van het rustpensioen waarop de ambtenaar aanspraak kan maken met toepassing van voormeld decreet van 30 september 1993 en, anderzijds, het bedrag dat het krachtens dit decreet toegekende rustpensioen had geweest indien geen rekening was gehouden met de periode bedoeld in artikel 2, § 4, van dit decreet.