1. « Les articles 16 et 17 de l'arrêté royal n° 50 du 24 octobre 1967 relatif à la pension de retraite et de survie des travailleurs salariés violent-ils les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, combinés ou non avec l'article 1 du protocole additionnel n° 1 et l'article 14 de la Convention de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales, en tant qu'ils excluent du bénéfice de la pension de survie le cohabitant légal don
t le partenaire est décédé, qui était lié par une déclaration de cohabitation légale depuis un an au moins au moment où le travailleur est décédé, alors que le conjoint survivant dont le mariage avai
...[+++]t été conclu depuis un an au moins au moment où son conjoint est décédé peut prétendre à une pension de survie ?1. « Schenden de artikelen 16 en 17 van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol en met artikel 14 van het Verdrag tot bescherming va
n de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, in zoverre zij de wettelijk samenwonende van wie de partner is overleden, die sedert ten minste één jaar door een verklaring van wettelijke samenwoning was verbonden op het ogenblik dat de werknemer is overleden, van het voordeel van het overlevingspensioen uits
...[+++]luiten, terwijl de langstlevende echtgenoot wiens huwelijk sedert ten minste één jaar was gesloten op het ogenblik dat zijn echtgenoot is overleden, aanspraak kan maken op een overlevingspensioen ?