Afin de garantir la bonne application des principes de la reconnaissance mutuelle de l'agrément et du contrôle par le pays d'origine, les États membres acceptant de telles délégations devraient veiller à ce que les sociétés de gestion auxquelles ils ont délivré un agrément ne délèguent pas globalement leurs fonctions à un ou plusieurs tiers, de sorte à devenir une entité vide, et à ce que l'existence de mandats n'entrave pas le bon exercice de la surveillance dont les sociétés de gestion font l'objet.
De lidstaten die een dergelijke delegatie van taken toestaan, moeten er voor de correcte toepassing van de beginselen van wederzijdse erkenning van de vergunning en van toezicht door de lidstaat van herkomst op toezien dat de beheermaatschappijen waaraan zij vergunning hebben verleend, hun taken niet volledig aan één of meer derden delegeren zodanig dat zij een brievenbusmaatschappij worden, en dat het delegeren van taken een juiste uitoefening van het toezicht op de beheermaatschappij niet belemmert.