Lors des débats à la Chambre, le ministre a répondu que « les ministres des cultes, dont le traitement est effectivement inférieur à celui prévu par le projet de loi pour les délégués laïques, bénéficient de certains autres avantages.
Tijdens de bespreking in de Kamer heeft de minister dat volgende geantwoord : « Deze bedienaren, wier wedden daadwerkelijk lager liggen dan die waarin het wetsontwerp voorziet voor de vrijzinnige afgevaardigden, genieten immers een aantal andere voordelen; krachtens de wet hebben zij bijvoorbeeld recht op huisvesting ten laste van de gemeente.