Art. 22. Les substances, compatibles avec les technologies d'utilisation, de transformation ou d'élimination des sous-produits animaux et avec les exigences en matière d'environnement, qui, dans les établissements de production et de transformation, doivent être utilisées en vue de la dénaturation ou du marquage des sous-produits animaux, à l'exception des cadavres entiers, du lisier et du contenu du tube digestif, sont fixées par ou en application du Règlement (CE) N° 1774/2002 du 3 octobre 2002.
Art. 22. De stoffen die verenigbaar zijn met de technologie voor het gebruik, de verwerking of de verwijdering van dierlijke bijproducten en met de milieueisen en die in de producerende en verwerkende inrichtingen,en die moeten worden gebruikt voor de denaturatie of het merken van dierlijke bijproducten, met uitzondering van hele kadavers, mest en de inhoud van het maagdarmkanaal, worden vermeld in of in toepassing van Verordening (EG) Nr. 1774/2002 van 3 oktober 2002.