2. - Situation d'urgence Art. 2. La personne handicapée à laquelle l'agence a attribué et mis à disposition un budget dans le cadre d'une situation d'urgence telle que visée à l'article 30 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 27 novembre 2015, dans le période du 1 avril 2016 au 31 août 2016 inclus, peut faire usage pendant vingt-deux semaines du soutien et de l'accompagnement par une structure agréée par l'agence pour l'accueil, le traitement et l'accompagnement de personnes handicapées conformément à l'article 4 de l'arrêté du 27 mars 2009.
2. - Noodsituatie Art. 2. De persoon met een handicap aan wie het agentschap een budget heeft toegewezen en ter beschikking gesteld in het kader van een noodsituatie als vermeld in artikel 30 van het besluit van 27 november 2015, in de periode van 1 april 2016 tot en met 31 augustus 2016, kan gedurende tweeëntwintig weken gebruikmaken van ondersteuning en begeleiding door een voorziening die erkend is door het agentschap voor opvang, behandeling en begeleiding van personen met een handicap conform artikel 4 van het besluit van 27 maart 2009.