1. Les Parties désignent une autorité centrale ou, au besoin, plusieurs autorités centrales, chargée(s) d'envoyer les demandes formulées en vertu du présent chapitre, d'y répondre, de les exécuter ou de les transmettre aux autorités qui ont compétence pour les exécuter.
1. De Partijen wijzen een centrale autoriteit of, waar nodig, verscheidene centrale autoriteiten aan belast met het verzenden en het beantwoorden van de krachtens dit hoofdstuk opgestelde verzoeken en met de uitvoering daarvan of de doorzending aan de autoriteiten die bevoegd zijn deze uit te voeren.