La perquisition se fait quant à elle en principe en présence de l'inculpé ou d'un fondé de pouvoir qu'il pourra nommer, à tout le moins s'il est détenu (article 39 du Code d'Instruction criminelle) » (Doc. parl., Chambre, 2015-2016, DOC 54-1418/001, pp. 55-56).
De huiszoeking geschiedt in principe in aanwezigheid van de verdachte of van een gemachtigde die hij kan aanstellen, in elk geval indien hij aangehouden is (artikel 39 van het Wetboek van Strafvordering) » (Parl. St., Kamer, 2015-2016, DOC 54-1418/001, pp. 55-56).