1. Par dérogation à l’article 21, paragraphe 1, les États membres autorisent les mouvements non commerciaux, entre États membres, d’animaux de compagnie des espèces répertoriées à l’annexe I, partie A, accompagnés d’un document d’identification délivré conformément à l’article 26.
1. In afwijking van artikel 21, lid 1, staan de lidstaten het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren van de in deel A van bijlage I vermelde soorten naar een lidstaat uit een andere lidstaat toe, mits die vergezeld gaan van een overeenkomstig artikel 26 afgegeven identificatiedocument: