Faut-il interpréter la clause 8, paragraphe 2, de «l’accord-cadre révisé sur le congé parental» (directive 2010/18) et, plus concrètement, le passage selon lequel «la mise en œuvre des dispositions du présent accord ne constitue pas une justification valable pour la régression du niveau général de protection des travailleurs dans le domaine couvert par le présent accord» en ce sens que, faute de transposition explicite de la directive 2010/18 par l’État membre, l’étendue de la protection définie par cet État lorsqu’il a transposé la directive antérieure 96/34 (2) ne pourra être réduite?
Moet clausule 8, lid 2, van de „herziene raamovereenkomst inzake ouderschapsverlof” (richtlijn 2010/18) en met name de bepaling volgens welke „[d]e tenuitvoerlegging van de bepalingen van deze overeenkomst [...] geen reden [is] om een verlaging van het algemene beschermingsniveau van de werknemers op het door deze overeenkomst bestreken gebied te rechtvaardigen” aldus worden uitgelegd dat wanneer een lidstaat richtlijn 2010/18 niet uitdrukkelijk omzet in nationaal recht, de beschermingsomvang die deze lidstaat heeft vastgesteld bij de omzetting van de daaraan voorafgaande richtlijn 96/34 (2) niet kan worden verminderd?