La Cour est interrogée sur la compatibilité de l'article 124 précité avec le princ
ipe d'égalité et de non-discrimination en ce que cette disp
osition aurait pour effet qu'en fonction de la nature d'une opération d'épargne d'un preneur d'assurance, décédé dans l'intervalle, la part réservée de la succession du de cujus qui a réalisé cette opération d'épargne est protégée ou
non, en fonction de quoi une demande de réduction peut être
...[+++]introduite ou non.
Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van het voormelde artikel 124 met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie doordat die bepaling ertoe zou leiden dat naar gelang van de aard van een spaarverrichting van een verzekeringnemer, inmiddels erflater, het voorbehouden gedeelte van de nalatenschap van de erflater die zulk een spaarverrichting had gedaan, al dan niet is beschermd, zodat al dan niet een vordering tot inkorting kan worden ingesteld.