Art. 2. Dans le cadre des pouvoirs accordés au Roi et au Ministre des Finances par l'article 8, § 1, alinéa 1, 1°, et alinéa 2, de la loi du 22 décembre 2017 contenant le budget des Voies et Moyens pour l'année budgétaire 2018, les pouvoirs relatifs à l'émission des emprunts publics sont délégués, en 2018, aux personnes désignées ci-dessous, dans les limites prévues par le présent article :
Art. 2. In het kader van de bevoegdheden toegekend aan de Koning en aan de Minister van Financiën door artikel 8, § 1, eerste lid, 1°, en tweede lid, van de wet van 22 december 2017 houdende de Middelenbegroting voor het begrotingsjaar 2018, worden de bevoegdheden inzake de uitgifte van openbare leningen binnen de grenzen bepaald door dit artikel, in 2018 gedelegeerd aan de hieronder aangeduide personen: