9
. observe que l'UE et l'Inde considèrent la protection des indications géographiques comme un outil utile au service des producteurs, des consommateurs et des pouvoir
s publics; observe cependant que cet outil est peu connu en Inde; invite le gouvernement indien à promouvoir le système des indications
géographiques et à encourager les demandes portant sur de possibles indications géographiques; note que, en vertu de l'accord sur les ADPIC, les membr
...[+++]es de l'OMC peuvent mettre en œuvre dans leur législation une protection plus large que ne le prescrit l'accord en question; estime qu'un accord bilatéral pourrait offrir une protection plus large des indications géographiques en Inde et dans l'UE que celle qu'offre l'accord sur les ADPIC, ce qui constituerait un outil complémentaire utile qui viendrait s'ajouter aux efforts conjoints multilatéraux; 9. merkt op dat de EU en India de bescherming van geografische aanduidingen beschouwen als een nuttig instrument voor producenten, consumenten en regeringen, maar dat dit instrument nog niet erg bekend is in India; doet een beroep op de Indiase regering om het systeem van geografische a
anduidingen te bevorderen en aanvragen voor potentiële geografische aanduidingen te stimuleren; merkt op dat het de WTO-leden op grond van TRIPS vrijstaat in hun eigen recht een uitgebreidere bescherming te regelen dan het akkoord zelf voorschrijft; is van mening dat een bilateraal akkoord zou kunnen voorzien in een bescherming voor geografische aanduid
...[+++]ingen in de EU en India die verder gaat dan het TRIPS-akkoord en daardoor een nuttig aanvullend instrument zou kunnen vormen voor de gezamenlijke multilaterale inspanningen;