invite respectivement la Commission, lors de la proposition d'actes législatifs sur le sujet, et les États membres, lors de la révision de la législation nationale concernée, à garantir la prise en compte des intérêts des employés de maison, auxiliaires de vie et gardes d'enfants, tout en veillant au respect des compétences nationales.
verzoekt de Commissie en de lidstaten om er bij het herzien en voorstellen van respectievelijk rechtshandelingen en nationale wetgeving ter zake op toe te zien dat de belangen van huishoudelijk personeel en verzorgers in aanmerking worden genomen, met eerbiediging van de nationale bevoegdheden.