39. répète sa condamnation de tous les actes terroristes; dit sa conviction que le terrorisme s’enracine profondément dans la situation socio-économique du Nord Caucase, comme l’a reconnu le président Poutine après la tragédie de Beslan; se dit prêt, en tant qu’une des deux branches de l’autorité budgétaire, à examiner des propositions en vue d’un engagement de l’UE dans les efforts de reconstruction et de paix, dans l’hypothèse où, à l’avenir, de tels efforts pourraient être engagés dans le cadre d’un train de mesures en faveur de la paix en Tchétchénie, avec la garantie raisonnable que l’aide parviendra à ses bénéficiaires désignés;
39. herhaalt zijn veroordeling van alle terreurdaden; gelooft dat het terrorisme diepgeworteld is in de sociaal-economische situatie van de Noordelijke Kaukasus, zoals door president Poetin na de tragedie van Beslan werd erkend; is bereid om zich, als een van de twee takken van de begrotingsautoriteit, te buigen over voorstellen voor EU-participatie in de wederopbouw en de inspanningen voor vredesopbouw, indien dergelijke inspanningen in de toekomst kunnen worden gelanceerd als onderdeel van een pakket maatregelen voor vrede in Tsjetsjenië, met redelijke garanties dat de steun ook bij de doelgroep aankomt;