31. félicite la Serbie pour l'amélioration des relations interethniques, en particulier en Voïvodine, où l'on enregistre une réduction – mais non l'arrêt total – des incidents interethniques; appelle les autorités serbes à prendre de nouvelles mesures propres à favoriser le développement des minorités nationales dans une Voïvodine qui est multi-ethnique, à promouvoir la coexistence pacifique entre ces minorités et à veiller à ce que police, appareil judiciaire et autres organes de l'État agissent sur une base ethniquement neutre; de plus, appelle les autorités serbes à gérer soigneusement tout afflux potentiel de réfugiés, afin de ne pas perturber l'équilibre ethnique, culturel, religieux, économique et politique de la région, en vue d'as
...[+++]surer leur intégration totale dans un environnement multiculturel; souligne l'importance extrême de programmes visant à promouvoir la tolérance entre les communautés, en particulier en Voïvodine; estime que ces programmes doivent, eux aussi, bénéficier de fonds communautaires; 31. prijst Servië voor de verbeterde interetnische betrekkingen, met name in Vojvodina, waar de interetnische incidenten weliswaar in aantal zijn verminderd, maar niet geheel verdwenen; roept de Servische autoriteiten op aanvullende maatregelen te nemen ter bevordering van de ontwikkeling van nationale minderheden in het multi-etnische Vojvodina, ter bevordering van een vreedzaam samenleven van deze minderheden en om ervo
or te zorgen dat de politie, de justitie en andere overheidsorganen op een etnisch neutrale basis functioneren; dringt er verder bij de Servische autoriteiten op aan zorgvuldig toe te zien op een potentiële instroom va
...[+++]n vluchtelingen ter voorkoming van de verstoring van het etnische, culturele, religieuze, economische en politieke evenwicht, teneinde voor een geslaagde integratie in een multicultureel milieu van hen te zorgen; benadrukt het grote belang van programma’s die zijn gericht op het aankweken van verdraagzaamheid tussen de gemeenschappen, met name in Vojvodina; is van oordeel dat EU-financiering mede noodzakelijk is voor deze programma’s;