3. souligne qu'un renforcement de la coopération entre les États membres est essentiel; propose d'intensifier les échanges de pratiques exemplaires en matière de don et de transplantation; demande aux États membres de réfléchir à une suppression des restrictions au transport d'organes par-delà les frontières; considère que l'existence d'un système souple de transplantation, d'échange, d'importation et d'exportation d'organes entre les États membres contribuerait à sauver de nombreuses vies en permettant à davantage de personnes de trouver des donneurs compatibles;
3. benadrukt dat nauwere samenwerking tussen de lidstaten van levensbelang is en stelt voor om meer uitwisseling van optimale werkwijzen voor donatie en transplantatie van organen te laten plaatsvinden; vraagt de lidstaten om opheffing van de beperkingen op het grensoverschrijdend vervoer van organen in overweging te nemen, en meent dat een flexibele regeling voor orgaantransplantatie, uitwisseling en in- en uitvoer van organen een heel aantal mensenlevens kan redden omdat er meer mensen een geschikte donor zullen kunnen vinden;