Il est vrai que l'étranger dont la demande de régularisation introduite sur la base de la loi du 22 décembre 1999 a été rejetée ne peut plus entamer ensuite une nouvelle procédure sur la base de l'article 9, alinéa 3, de la loi du 15 décembre 1980, même s'il estime pouvoir invoquer des circonstances exceptionnelles susceptibles de justifier qu'il n'ait pas introduit sa demande de permis de séjour de plus de trois mois auprès du poste diplomatique ou consulaire belge qui est compétent pour son lieu de séjour ou de résidence à l'étranger.
Het is juist dat de vreemdeling wiens regularisatieaanvraag ingediend op grond van de wet van 22 december 1999 werd verworpen nadien evenmin vermag een nieuwe procedure in te leiden op grond van artikel 9, derde lid, van de wet van 15 december 1980, zelfs wanneer hij meent zich te kunnen beroepen op buitengewone omstandigheden die van die aard zijn dat zij kunnen verantwoorden dat hij zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning van meer dan drie maanden niet heeft ingediend bij de Belgische diplomatieke of consulaire post die bevoegd is voor zijn verblijfplaats of zijn plaats van oponthoud in het buitenland.