3. Lorsqu’un État membre estime qu’une décision prise en vertu de l’article 18, paragraphe 3, empiète sur ses compétences budgétaires, il peut informer l’Autorité, la Commission et le Conseil dans les trois jours ouvrables suivant la notification de la décision de l’Autorité à l’autorité compétente que cette dernière n’appliquera pas la décision.
3. Indien een lidstaat van oordeel is dat een op grond van artikel 18, lid 3, genomen besluit afbreuk doet aan zijn budgettaire verantwoordelijkheden, kan hij de Autoriteit, de Commissie en de Raad, binnen drie werkdagen na kennisgeving aan de bevoegde autoriteit van het besluit van de Autoriteit, ervan in kennis stellen dat de bevoegde autoriteit het besluit niet zal uitvoeren.