H. considérant que l'Europe est largement devancée par ses principaux concurrents en ce qui concerne les investissements pour l'avenir, dans des domaines comme la recherche, le développement et les ressources humaines, que ses performances en matière d'innovation ne sont pas suffisantes et que les dépenses de recherche et développement des pays en passe d'adhérer sont en moyenne bien inférieures à 1 % du PIB, ce qui fait obstacle à une convergence et à une intégration réelles au sein d'une économie de la connaissance,
H. overwegende dat Europa ver op zijn belangrijkste concurrenten achterloopt met betrekking tot investeringen in de toekomst, zoals onderzoek en ontwikkeling en menselijke hulpbronnen en matig presteert op het gebied van innovatie; overwegende dat de OO-uitgaven voor de toetredingslanden gemiddeld ruim beneden de 1% van het BBP liggen, hetgeen een belemmering vormt voor werkelijke convergentie en integratie in een kenniseconomie,