Toutefois, le fait que le tribunal de la jeunesse joue successivement le rôle de juge d'instruction, de chambre du conseil et de juge du fond ne constitue pas une violation du droit à un juge indépendant et impartial, parce que les points de droit que le juge de la jeunesse doit trancher au cours des différentes phases du procès sont différents (voir Cour européenne des droits de l'homme, 24 août 1993, Nortier c. Pays-Bas).
Het feit dat de jeugdrechtbank achtereenvolgens de rol van onderzoeksrechter, raadkamer en rechter ten gronde heeft vervuld, maakt evenwel geen schending uit van het recht op een onafhankelijke en onpartijdige rechter omdat de rechtspunten die de jeugdrechter in de verschillende fasen van het proces dient te beslechten, verschillen (zie Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 24 augustus 1993, Nortier t/ Nederland).