Le paragraphe 2 découle du fait que le Comité d'audit de l'Administration fédérale, organe collégial, doit réunir les compétences nécessaires pour pouvoir procéder à un examen averti des informations et rapports qui lui seront adressés, parler le même langage que ses interlocuteurs, issus de métiers variés, et être force de proposition.
Paragraaf 2 vloeit voort uit het feit dat het Auditcomité van de federale overheid, een collegiaal orgaan, de vereiste bekwaamheden dient te bezitten om een oordeelkundige analyse van de informatie en verslagen die hem voorgelegd worden, te kunnen uitvoeren, dezelfde taal van zijn gesprekspartners dient te spreken, uit gevarieerde beroepen dient voort te komen en blijk dient te geven van initiatiefzin.