1. se félicite des efforts déployés pour renforcer la coordination des politiques économiques, budgétaires et de l'emploi dans le cadre du semestre européen, permettant la supervision pa
rallèle des budgets nationaux et des politiques économiques pendant une période de six mois chaque année; souligne que la politique de cohésion devrait devenir un é
lément central de l'examen annuel de la croissance de la Commission; regrette, dès lors, que l'examen annuel de la croissance de 2013 n'explore pas la possibilité d'entamer un débat plus c
...[+++]onstructif sur la croissance et l'emploi dans l'Union européenne, notamment au travers d'un réexamen de ses lignes directrices; considère que les processus qui sous-tendent le semestre européen 2012 ont mis en lumière la nécessité pour l'Union de réaliser la cohésion territoriale, économique et sociale dans les régions et d'améliorer la coordination macro-économique, et de renforcer la légitimité démocratique et la bonne gouvernance concernant la politique de cohésion, ainsi que pour toutes les politiques coordonnées au niveau européen visant la réalisation des objectifs fixés dans le cadre de la stratégie Europe 2020; 1. is verheugd over het streven naar versterkte coördinatie van het economische, budgettaire en werkgelegenheidsbeleid door middel van het Europees semester, waardoor er jaarlijks ge
durende zes maanden parallel toezicht op de begroting en het economisch beleid van de lidstaten mogelijk is; benadrukt dat het cohesiebeleid een aandachtspunt van de jaarlijkse groeianalyse van de Commissie moet worden; betreurt daarom dat de Commissie met haar groeianalyse 2013 de gelegenheid niet heeft aangegrepen om een zinvoller debat te voeren over groei en werkgelegenheid in de Europese Unie door met name de richtsnoeren ervan te herzien; is van meni
...[+++]ng dat uit de processen achter het Europees semester 2012 is gebleken dat de Europese Unie moet streven naar economische, sociale en territoriale cohesie tussen de regio's, de macro-economische coördinatie moet verbeteren en de democratische legitimiteit en de bestuurskwaliteit moet opvoeren met betrekking tot het cohesiebeleid en al het gecoördineerde Europese beleid met het oog op de Europa 2020-doelstellingen;