Art. II. 9-8.- Les représentants des associations qui sont actifs dans un ou plusieurs domaines du bien-être au travail, peuvent, sur la proposition du Conseil Supérieur, participer, en tant que membres extraordinaires, aux activités du Conseil supérieur.
Art. II. 9-8.- De vertegenwoordigers van de verenigingen die actief zijn op het vlak van één of meerdere domeinen betreffende het welzijn op het werk, kunnen, op voorstel van de Hoge Raad, in de hoedanigheid van buitengewone leden, deelnemen aan de werkzaamheden van de Hoge Raad.