Sur base de la législation actuelle (article 42 des lois coordonnées du 16 mars 1968), le juge de police saisi du dossier ne disposait que d'une alternative dont les deux branches sont, l'une et l'autre, insatisfaisantes face à semblable cas : soit il prononçait la déchéance, mais vu le libellé du texte légal, celle-ci était totale; soit il maintenait l'intéressé dans ses droits de conducteur, mais il ne pouvait alors tenir compte des recommandations des experts.
Op grond van de huidige wetgeving (artikel 42 van de gecoördineerde wetten van 16 maart 1968) stond de politierechter die met het dossier belast was, slechts voor een alternatief waarvan beide keuzemogelijkheden in een dergelijk geval een onbevredigend resultaat geven : ofwel sprak hij het verval van het recht tot sturen uit, maar dan zou het gelet op de tekst van de wet om een totale vervallenverklaring gaan; ofwel handhaafde hij de rechten van de bestuurder maar dan kon hij geen rekening houden met de aanbevelingen van de experts.