Il convient, lors de la répartition de ces 10 %, de tenir compte des niveaux de revenu par habitant en 2005 et des perspectives de croissance des États membres, et d’attribuer des quantités plus élevées aux États membres dans lesquels les revenus par habitant sont faibles, et les perspectives de croissance importantes.
Bij de verdeling van deze 10 % dient rekening te worden gehouden met het inkomen per hoofd van de bevolking in 2005 en de groeivooruitzichten van de lidstaten en dient het aandeel van lidstaten met een laag inkomen per hoofd van de bevolking en hoge groeivooruitzichten groter te zijn.