« Le conseil d'appel d'expression française et le conseil d'appel d'expression néerlandaise sont composés chacun de trois conseillers, effectifs ou honoraires, à la Cour d'appel désignés par le Roi pour un terme de quatre ans et ayant voix délibérative, l'un d'eux faisant fonction de président, et de trois autres membres, désignés par le sort parmi les membres des conseils de l'Ordre utilisant la langue de la procédure et faisant partie de conseils de l'Ordre différents ».
« De nederlandstalige raad van beroep en de franstalige raad van beroep bestaan ieder uit drie raadsheren, titularis of honorair, bij het Hof van beroep, die door de Koning voor een termijn van vier jaar worden aangewezen, die medebeslissende stem hebben en van wie een het ambt van voorzitter waarneemt, alsmede uit drie andere leden, door het lot aangewezen onder de leden van de raden van de Orde die de voor de rechtspleging geldende taal gebruiken en die deel uitmaken van verschillende raden van de Orde ».