c) le total des prestations et des autres ressources, après déduction des montants substantiels visés à l'alinéa précédent, doit être suffisant pour assurer à la famille du bénéficiaire des conditions de vie saines et convenables et ne doit pas être inférieur au montant des prestations calculé conformément aux dispositions de l'article 27;
c) moet, na aftrek van het in de vorige alinea bedoelde aanzienlijke bedrag, het totaal van de uitkering en de overige inkomsten voldoende zijn om aan het gezin van de gerechtigde gezonde en passende levensvoorwaarden te verzekeren; het mag niet minder bedragen dan het bedrag van de uitkering, berekend overeenkomstig de bepalingen van artikel 27