Il faut bien réfléchir à l'opportunité du texte : « En effet, comme il a été relevé dans l'observation nº 2.3 ci-avant, la CEDH « reconnaît qu'il peut être difficile, dans le domaine considéré, de rédiger des lois d'une totale précision et qu'une certaine souplesse peut même se révéler souhaitable pour permettre aux juridictions internes de faire évoluer le droit en fonction de ce qu'elles jugent être des mesures nécessaires dans l'intérêt de la justice » (voir p. 13 de l'avis du Conseil d'État, doc. Chambre, 51-0024/002).
Men moet nadenken over de noodzaak van de tekst : « zoals er hierboven op is gewezen in opmerking nr. 2.3, heeft het EHRM namelijk « erkend dat het ter zake moeilijk kan zijn volledig precieze wetten te maken en dat enige soepelheid zelfs wenselijk kan blijken om nationale gerechten in staat te stellen het recht te ontwikkelen in het licht van wat ze achten maatregelen te zijn die noodzakelijk zijn in het belang van de rechtsbedeling » (zie blz. 13 van het advies van de Raad van State, stuk Kamer, 51-0024/002).