L'article 27, paragraphe 1, de la convention stipule que les États parties reconnaissent aux personnes handicapées le droit au travail, notamment le droit de gagner leur vie en accomplissant un travail librement choisi ou accepté sur un marché du travail favorisant l'inclusion et accessibles aux personnes handicapées.
Artikel 27, eerste lid, bepaalt dat de Verdragsluitende Partijen het recht op werk erkennen van personen met een handicap, meer bepaald, het recht om in hun levensonderhoud te voorzien door middel van een in vrijheid gekozen of aanvaard werk op een arbeidsmarkt waarvan niemand wordt uitgesloten en die ook toegankelijk is voor personen met een handicap.