En analysant les chiffres pour le niveau A en général, il ressort que 68 % des niveaux A sont des hommes et 32 % sont des femmes, mais il apparaît clairement que les femmes sont davantage représentées dans les groupes d'âge plus jeunes: dans la tranche d'âge 25-40 ans, près de 50 % des niveaux A sont des femmes.
Bij een analyse van de cijfers voor niveau A in het algemeen, merken we dat 68 % van de niveaus A mannen zijn en dat 32 % vrouwen zijn, maar het is evenwel duidelijk dat de vrouwen beter vertegenwoordigd zijn in de jongere leeftijdscategorieën: in de leeftijdsgroep van 25-40 jaar, is nagenoeg 50 % van de niveaus A van het vrouwelijke geslacht.