Le détenteur de l'autorisation pour une officine fermée depuis plus de soixante jours au moment de l'entrée en vigueur de cette disposition, adressera au Ministre qui a la Santé publique dans ses attributions, au plus tard soixante jours après l'entrée en vigueur de l'arrêté royal du 8 décembre 1999 modifiant l'arrêté royal du 25 septembre 1974 concernant l'ouverture, le transfert et la fusion d'officines pharmaceutiques ouvertes au public, une demande de maintien de l'autorisation, sauf si la demande visant le transfert de l'officine n'a pas fait l'objet d'une décision ministérielle.
De vergunninghouder van een apotheek die reeds meer dan zestig dagen gesloten is bij het van kracht worden van deze bepaling zal, ten laatste zestig dagen na de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 8 december 1999 tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 september 1974 betreffende de opening, de overbrenging en de fusie van voor het publiek opengestelde apotheken, aan de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, een aanvraag richten voor het behoud van de vergunning, behalve indien de ingediende aanvraag tot overbrenging van de apotheek niet is afgehandeld met een ministeriële beslissing.