Et lorsque le long coup de feu était passé, il n'en appréciait que davantage ce qu'il appelle familièrement « zijn bos », un coin de nature des Kesselse Bergen qui lui rappelait les dunes de bruyère et les pinèdes de son enfance.
En wanneer de storm voorbijgeraasd was, genoot hij des te meer van wat hij vertrouwelijk `zijn bos' noemde, een stukje natuur in de Kesselse Bergen die hem herinnerde aan de heideduinen en de dennenbossen van zijn kindertijd, in de Kempen nabij het Maasland.