Art. 2. L'Etat peut garantir les engagements de tout établissement de crédit et de toute compagnie financière ou compagnie financière mixte (ci-après les " entités garanties" ) répondant aux critères fixés à l'article 3 ci-dessous, pour autant (i) qu'il s'agisse d'engagements qui visent à couvrir, directement ou indirectement, des pertes ou risques de pertes sur des actifs financiers détenus par des filiales, directes ou indirectes, de l'entité garantie, et (ii) que ces engagements et la garantie de l'Etat puissent contribuer à éviter que l'entité g
arantie ou lesdites filiales soient exposées à des besoins graves de liquidités supplémen
...[+++]taires, en raison notamment d'une dégradation de notation.Art. 2. De Staat kan de verbintenissen van elke kredietinstelling en elke financiële holding of gemengde financiële holding (hierna : " gewaarborgde entiteiten" ) die voldoen aan de criteria die worden vastgesteld in onderstaand artikel 3 waarborgen, op voorwaarde dat (i) het daarbij gaat om verbintenissen die ertoe strekken om, rechtstreeks of onrechtstreeks, verliezen of het risico op verlies met betrekking tot financiële activa gehouden door rechtstreekse of onrechtstreekse dochtervennootschappen van de gewaarborgde entiteiten te dekken, en (ii) dat deze verbintenissen en de Staatswaarborg kunnen bijdragen aan het vermijden dat de gewaarborgde en
titeiten of voornoemde dochter ...[+++]vennootschappen zouden worden blootgesteld aan ernstige additionele liquiditeitsnoden, in het bijzonder tengevolge van een rating verlaging.