Les parties requérantes considèrent en substance que les mesures en cause violent les dispositions invoquées au moyen parce que le Centre est habilité, de manière discriminatoire, à traiter des données à caractère personnel relatives aux opinions et aux activités philosophiques et religieuses de personnes soupçonnées d'appartenir à une organisation sectaire nuisible et, en particulier, parce que le traitement de ces données peut s'opérer en vue d'une finalité qui, comparée au régime de droit commun, est excessivement large.
De verzoekende partijen zijn in substantie van oordeel dat de vermelde bepaling de in het middel aangehaalde bepalingen schendt omdat het Centrum op discriminatoire wijze gemachtigd wordt persoonsgegevens te verwerken met betrekking tot de overtuiging of activiteiten op levensbeschouwelijk of godsdienstig gebied van personen die worden verdacht deel uit te maken van een schadelijke sektarische organisatie, inzonderheid omdat de verwerking van die gegevens, in vergelijking met de gemeenrechtelijke regeling, kan geschieden met het oog op een overdreven brede doelstelling.