Celui qui disposait des infrastructures et des moyens financiers pour produire au-delà de son quota n'était pas, même en supportant une part plus importante de la taxe, défavorisé par rapport à un producteur qui, du fait de l'allègement de la charge de la taxe, ne pouvait pas pour autant le concurrencer.
Een producent die beschikte over de infrastructuur en financiële middelen om meer dan zijn quotum te produceren, werd ondanks dat hij een groter deel van de heffing voor zijn rekening nam, niet benadeeld ten opzichte van een producent die vanwege de vermindering van de last van de heffing niet met hem kon concurreren.