Cette préoccupation justifiait qu'un fonds budgétaire fût prévu, à l'époque, par communauté, au budget des Services du Premier ministre, étant entendu que l'intervention en faveur de la presse écrite pourrait différer par communauté en fonction des pertes subies dans chacune d'elles et qu'une évaluation de ces pertes ne serait possible qu'après un certain délai (Doc. parl., Chambre, 1984-1985, 1222, n° 19, p. 25).
Die bekommernis verantwoordde dat destijds per gemeenschap werd voorzien in een begrotingsfonds op de begroting van de Diensten van de Eerste Minister, met dien verstande dat de tegemoetkoming ten gunste van de geschreven pers per gemeenschap zou kunnen verschillen op basis van de in elke gemeenschap geleden verliezen en dat een raming van die verliezen slechts mogelijk zou zijn na een zekere termijn (Parl. St., Kamer, 1984-1985, 1222, nr. 19, p. 25).