2. Les autorités compétentes de transit peuvent, dans les trente jours suivant l'envoi de l'accusé de réception par l'autorité compétente de destination conformément à l'article 9, formuler des objections motivées à l'encontre du transfert envisagé en se fondant uniquement sur le paragraphe 1, points e) à g) , à l'exclusion des points a) à d) et h) à p) .
2. De bevoegde autoriteiten van doorvoer mogen binnen 30 dagen na verzending van de ontvangstbevestiging door de bevoegde autoriteit van bestemming uit hoofde van artikel 9, gemotiveerde bezwaren indienen uit hoofde van lid 1, onder e tot en met g maar niet onder a tot en met d en h tot en met p.