Le paragraphe 1, a), de l'article 18 prévoit une imposition dans l'État de réside
nce des pensions et autres rémunérations similaires payées au titre d'un emploi
salarié antérieur, ainsi que des rentes et allocations, périodiques ou non, provenant de l'
épargne-pension, de fonds de pension et d'assurances de groupe, lorsque ces él
éments de revenu ne tombent pas dans ...[+++]le champ d'application de l'article 19, paragraphe 2.
Ingevolge paragraaf 1, subparagraaf a, van artikel 18 geldt een woonstaatheffing voor niet onder paragraaf 2 van artikel 19 vallende pensioenen en andere soortgelijke beloningen terzake van een vroegere dienstbetrekking alsmede lijfrenten en, al dan niet periodieke, uitkeringen uit pensioensparen, pensioenfondsen en groepsverzekeringen.