Cette proposition incluait la création d’une nouvelle ressource propre fondée sur «une part de la taxe sur la valeur ajoutée» (TVA) sur les fournitures de biens et services, les acquisitions et importations soumises à un taux normal de TVA dans l’ensemble des États membres de l’Union (ci-après la «nouvelle ressource propre TVA»).
Dit voorstel hield de invoering in van een nieuwe bron van eigen middelen, gebaseerd op "een aandeel van de belasting over de toegevoegde waarde (btw)" op leveringen van goederen en diensten, verwervingen en invoer "waarop in iedere lidstaat een normaal btw-tarief van toepassing is" (hierna "de nieuwe btw-middelen" genoemd).